Costa Rica 2-weken Route Hoogtepunten

We besloten om naar Costa Rica te gaan vanwege de NATUUR. Het land staat bekend om de overweldigend prachtige natuur en de vele verschillende soorten bossen, planten en dieren. Zo’n 25% van het land is nationaal park of beschermd natuurgebied en de Costa Ricanen nemen de natuur erg serieus.

Het land is net iets groter dan Nederland qua oppervlakte, maar vergis je niet in de reistijden. Een route van 30 kilometer kan zo maar anderhalf uur duren vanwege de niet overal al te beste wegen.

Ons doel met deze reis was vét genieten van de natuur. Dus vooral veel wandelen en de jungle in! We hadden twee weken de tijd en na wat Googelen en reisgidsen raadplegen kwamen op onze route. Je ziet ‘m hierboven.

• We startten in de hoofdstad San José (die we niet écht bezocht hebben.
• We reden daarna (3,5 uur) naar Quepos, Manuel Antonio.
• Daarna stond Monteverde op het programma (ook zo’n 3,5 uur rijden).
• Door naar Arenal/La Fortuna (3 uur rijden).
• Onze laatste stop was aan de Caribische kust: Puerto Viejo de Talamanca (5 uur rijden).
• En we eindigden weer in San José (5 uur rijden).

Achteraf zijn we blij met deze route. We hebben een aantal verschillende soorten plekken gezien (Pacifische én Caribische kust, nevelwoud, regenwoud, de vulkaan Arenal, verschillende dorpjes) en hebben niet bizar veel in de auto gezeten. Al was autorijden ook heel leuk en zie je veel vanuit de auto. Maar dit was prima. Het enige wat we anders hadden willen doen was dat we wel nog wat extra dagen in Puerto Viejo hadden willen blijven om te chillen, maar daar hadden we helaas geen tijd voor.

We begonnen onze reis in San José, de hoofdstad van Costa Rica. Op aanraden van velen hebben we deze stad niet bezocht. Omdat we maar twee weken de tijd hadden, besloten we ons te focussen op de natuur en niet op de stad. Ik begreep van vrienden dat San José op zich niet een heel fantastische stad is, en al heeft elke plaats natuurlijk een bepaalde charme, wij besloten het over te slaan. We kwamen rond 17u aan na een reis van zo’n 18 uur, dus we hebben een nacht in het Hilton DoubleTree Cariari hotel vlakbij het vliegveld overnacht, om de dag erna fris en fruitig richting onze eerste echte bestemming te gaan. Het hotel was trouwens prima, fijne kamer met goed bed en een prima ontbijt.

Onze eerste stop: Quepos, vlakbij nationaal park Manuel Antonio. Het is ongeveer 3,5 uur rijden vanuit San José en het is helemaal over snelweg en verharde wegen, dus prima te doen. Dé reden om hierheen te gaan is natuurlijk het Nationaal Park Manuel Antonio vanwege de grote biodiversiteit, er zijn ontzettend veel verschillende dieren en planten te zien. Het park is laaglandjungle met een aantal waanzinnige mooie stranden. Ook is Quepos een gezellig dorpje met toffe eettentjes en winkeltjes.
We boekten hier een AirBnB met te gek uitzicht op het bos. Het heet Finca Anita.

De foto op het strand is in Manuel Antonio Nationaal Park, wat echt een van de hoogtepunten van onze reis was. Wat een waanzinnig mooi stuk jungle en die stranden… Wauw. We deden hier een tour met een gids, waardoor we héél veel dieren zagen die we anders nooit zelf hadden gespot. Aanrader. De tweede foto is bij onze AirBnB. Elke ochtend kwam hier een grote groep doodshoofdaapjes langs door het bos. Wat een schouwspel om naar te kijken.

We gaan ook een ochtend naar het pittoreske plaatsje Dominical, waar we een mooie jungle-wandeling maken en ook even het (bloedhete) strand verkennen. Weer heel anders dan Quepos en leuk om even doorheen te wandelen.

Op naar iets héél anders. We verblijven twee nachten in Monteverde, wat ‘groene berg’ betekent. Nou, groen is het. Na een prachtige autorit van ongeveer 3,5 uur over verharde, maar soms uitdagende wegen, komen we aan in Santa Elena. We verblijven vlakbij dit kleine dorpje, waar niet veel meer is dan een paar winkels en wat leuke restaurantjes. Monteverde staat bekend om haar nevelwouden, er hangt praktisch altijd mist hier en het is er ook een stuk frisser dan op andere plekken in het land. De bossen hebben daardoor een bijzondere mystieke sfeer, alsof je zomaar elfjes kan zien, of zo.Voordeel van die nevel is dat hier ontzettend groen is.

Wij boekten via AirBnB een van de Jaguar Houses. Wat een geweldig verblijf, het huis is spiksplinternieuw en ziet er waanzinnig uit.

De nevelbossen vinden we heel indrukwekkend. Het is zo gaaf om telkens weer een ander uitzicht te hebben (de nevel hangt niet overal)  en er is zo’n grote diversiteit aan planten en dieren.

Weer zo’n drie uur rijden verderop stoppen we in de omgeving van de actieve Arenal vulkaan. Het dorpje dat hier ligt heet La Fortuna en wij verblijven daar ongeveer een halfuur vandaan in Lost Iguana Resort. Daar hebben we een comfortabele kamer met een terras met te gek uitzicht op de vulkaan.

Letterlijk en figuurlijk het hoogtepunt van ons verblijf hier is het ziplinen. We doen dit bij Sky Adventures Park en dit is nogal indrukwekkend. Ik vond het ontzettend eng en was blij toen ik weer beneden stond – maar als je een thrill seeker bent en niet terugdeinst voor hoogtes en snelheid dan is dit het allerbeste om hier in de omgeving te doen. Hoog, snel, uitzichten die je nooit meer vergeet en een adrenalinestoot van heb ik jou daar.

Op ongeveer twee uur rijden vanaf Arenal maakten we een avontuurlijke wandeling met een gids rond de watervallen bij Blue Falls Costa Rica. Dit was de rit echt waard, de kracht en impact van de watervallen maken je heel stil.

Onze laatste stop: Puerto Viejo de Talamanca. Een wat langere, saaiere rit van vijf uur vanaf Arenal, maar 100% de moeite waard. Puerto Viejo de Talamanca is een plaatsje aan de Caribische kust met veel surfers, een heel relaxte sfeer en adembenemende stranden. En in het regenseizoen een topplek, want hier hebben we geen spatje regen gezien. Veel zon en lekker warm. Wij verbleven in een AirBnB genaamd Casa Balto. Een te gek huis hoog in de jungle, met uitzicht op zowel groen als zee.

Puerto Viejo vonden wij geweldig. Zo’n chille vibe, heel veel leuke en goede restaurantjes en die stránden… Hier hebben we vooral lekker rustig aan gedaan en veel zitten lezen op ons terras met uitzicht. Vanaf ons terras zagen we elke dag veel brulapen en toekans, dus we verveelden ons hier niet. Hier hadden we wel wat langer willen blijven om nog lekker te zwemmen en te niksen. Zeker iets voor een volgende keer (en een tip voor jou).

Wij gingen middenin het regenseizoen naar Costa Rica, in september. Nu heeft het land heel wat microklimaten en is het bijvoorbeeld aan de Caribische kust in deze tijd van het jaar droog en zonnig, maar het grootste deel van het land is regenachtig van ongeveer april tot november, wat hun ‘winter’ is.

In de ‘zomer’ (dus tussen december en maart) is het droger weer en zonniger op de meeste plekken. Dat is natuurlijk een voordeel, het nadeel is dat het dan ook het hoogseizoen is, dat het overal een stuk drukker is en ook duurder.

Wij maakten de bewuste keuze om in september te gaan en daar hebben we absoluut geen spijt van gekregen. Het weer zag er op de meeste plekken (behalve in Puerto Viejo de Talamanca aan de Caribische kust) elke dag ongeveer hetzelfde uit. De dag startte helder en zonnig, rond een uur of twaalf werd het bewolkt en vanaf een uurtje of twee, drie begon het te hozen. Vaak stopte dat dan wel weer rond een uur of zes. Nu is het voordeel dat het land enorm is ingesteld op ochtendactiviteiten en wij maakten dus dankbaar gebruik van de ochtend. Elke dag waren we er vroeg (om vijf uur) uit om naar de zonsopgang te kijken en van de apen om ons heen te genieten, en in de ochtend gingen we erop uit. De meeste dagen lunchten we ergens en rond een uur of drie waren we weer ’thuis’ en dan bleven we ook thuis.

In de avonden hebben we bijna niks gedaan, omdat het rijden in Costa Rica in de avond niet echt wordt aangeraden. Het is donker (er is bijna geen straatverlichting), de wegen zijn niet overal even goed en wij durfden het niet aan om op pad te gaan. De meeste restaurants gaan ook al vroeg dicht, dus je gaat sowieso niet voor het nachtleven naar dit land.

De enorme voordelen van het regenseizoen:

• het is rustig. Op veel plekken waar we kwamen waren nauwelijks andere mensen.
• het is goedkoper, heb ik me laten vertellen. Accommodaties kosten veel minder in het laagseizoen, logischerwijs.
• het eiland is zó groen. Ik heb het niet kunnen vergelijken met het drogere seizoen, maar door de regen barstte de natuur uit zijn voegen en dat is waanzinnig mooi.

Hier kreeg ik veel vragen over: hoe verplaats je jezelf? Het schijnt dat het OV best oké is, maar wij huurden een auto en dit kan ik je ook van harte aanraden. Lekker je eigen gang gaan. Dit regelden we in Nederland via SunnyCars (zelf betaald) en we lieten de auto bij ons eerste hotel afleveren. Dat was heel relaxed, zo konden we direct onze reis beginnen zonder dat we nog naar een verhuurbedrijf moesten. Twee weken kostte voor een Suzuki RAV4 ongeveer €1000.

Rijden in Costa Rica vonden wij heel goed te doen. Er zijn veel verharde wegen en de snelwegen zijn goed. Als je naar Monteverde of Arenal gaat, is de weg wel wat meer een uitdaging. Op de meeste plekken is deze wel verhard, maar zijn er grote gaten en kuilen en daar moet je wel voor uitkijken. Dus langzaam rijden, goed opletten én van het uitzicht genieten. Wij vonden de medeweggebruikers over het algemeen aardig sociaal en rustig.

Tip: Zorg er wel even voor dat je contant geld hebt als je de auto in stapt, want er zijn veel tolwegen en daar kan je niet met een pas betalen.

Nog een dikke tip: Huur een 4×4. De meeste wegen red je prima met een gewone auto, maar er zijn ook wel weggetjes en paadjes die je niet haalt zonder een 4×4.

Naast je ‘standaard’ dingen die je meeneemt op vakantie (ik hoef je niet te vertellen dat je ondergoed moet meenemen ;-), zijn er een aantal dingen die echte must-haves zijn op een vakantie als deze. Hieronder deel ik met je waar wij heel veel aan gehad hebben.

Voor als je de jungle in gaat

• Stevige wandelschoenen
• Meerdere paren wandelsokken
• Fijne, lange, luchtige, loszittende broek (liefst meer dan 1 voor als 1 nat is of volgezweet)
• Luchtige, loszittende bovenkleding met lange mouwen
• Regenjas
• Regenponcho
• Pet of hoed
• Ik heb heel veel plezier gehad van een heuptasje
• Een rugzak die het liefst waterdicht is
• Een goede waterfles (in veel nationale parken is single use plastic niet toegestaan)
• Muggenspray
• Een verrekijker (we hebben echt onderschat hoeveel we dit gebruikt hebben, dikke tip)

Voor als je de nevelbossen in gaat

• Warmere kleding zoals een vestje of trui, liefst sportstof, het is hier namelijk een stuk kouder

Algemeen

• Sneldrogende kleding van sportstof (want alles wordt nat, als het niet van de regen is dan is het wel van het zweet, en door de hoge luchtvochtigheid droogt het nauwelijks)
• Zonnebrand
• Als je naar watervallen gaat zijn dichte, stevige sandalen een goed idee, al heb ik de watervallen ‘gedaan’ op mijn wandelschoenen. Geen supermust dus, maar als je ze hebt, neem ze mee
• Wij hadden meerdere creditcards mee en die werden lang niet overal geaccepteerd. Zo kon ik in bijvoorbeeld Quepos en Monteverde óveral met mijn American Express betalen, maar in Puerto Viejo dan weer niet. En Visa werd hier wel, en daar weer niet geaccepteerd. Zorg dus dat je genoeg verschillende betaalmiddelen hebt.