1. Niet altijd het gevoel hebben dat ik zoveel moet
Ik moet nog steeds veel hoor, van mezelf. Maar minder. En ik ben er relaxter in geworden. Ik wil nog steeds een heleboel dingen en het liefst nu, maar ik weet ook dat dat niet kan. En dat als ik wel 3028 dingen moet van mezelf dat ik dan een gestrest, ongelukkig mens word. Ik haat mezelf niet meer als het niet lukt om te sporten (lees: dat lukt me al maanden niet, of correctie, ik kies er al maanden voor om dat niet te doen), ik haat mezelf niet meer als ik die ene blog vandaag niet af krijg en ik haat mezelf niet als ik een keer uitslaap.
En ook: bijzaken van hoofdzaken scheiden. Praktisch voorbeeld: het huis is een troepje, maar ik heb nu een grote klus voor een klant. Of een Structuurjunkie Masterclass in de planning. Klant gaat voor. Masterclass gaat voor. Troep in huis is bijzaak. Komt later wel. Maakt nu niet uit. Laat los. Dat idee. Dat lukt heus niet altijd. Maar best vaak wel.
2. Iets meer schijt hebben aan mensen die vinden dat ik niet ‘hard werk’
Wat heb ik me jarenlang druk gemaakt om mensen die vinden dat ik niet ‘hard werk’. Veel mensen vinden (en uiten) dat het werk dat ik doe, bloggen, niks voorstelt. Dat het een luilekkerleventje is, waarbij niks hoeft en alles mag.
Ik heb niet meer de behoefte dit te verdedigen. Als je dat wilt denken, is dat oké. Ik hoef me op dit vlak niet te bewijzen, niet aan anderen, niet aan mezelf. Want ‘hard werken’ is sowieso niet iets wat verheerlijkt hoeft te worden. Dingen doen die ik leuk vind wel. Dat is voor mij belangrijk. Lol hebben in mijn werk, nieuwe dingen leren en af en toe dingen bereiken die ik graag wil bereiken. Het is niet dat ik nu altijd mijn schouders ophaal, want soms is het nog steeds irritant of beledigend, maar meestal kan ik denken: ‘Prima. Is goed. Denk jij maar wat je wilt denken’ en dan ga ik verder Netflixen, ehhh, ik bedoel mijn Structuurjunkie imperium opbouwen 😉 😉 😉
3. Uberhaupt het hele idee van ‘hard werken’ loslaten
Dus ja. Dat. Eeuwen was mijn motto ‘Work hard and be nice to people’. En ik houd nog steeds van lekker werken. En soms is dat heel veel uren in een week, soms minder. Soms werk ik maar twee dagen in een week, gewoon omdat dat zo uitkomt, of omdat ik dat zo heb gepland. Soms werk ik zeven dagen in de week, gewoon omdat dat zo uitkomt, of omdat ik dat zo heb gepland. Beide prima, juist de afwisseling vind ik leuk, maar ik heb niet meer zo het gevoel dat ik altijd maar 2828 uur in de week moet werken. Ik wil me wel voldaan en blij voelen, maar dat zit niet meer zo in zoveel mogelijk uren werken.
4. Chillen, Netflixen, lezen, wandelen, slapen = positief
Want uitrusten en bijkomen is mega belangrijk. Voor iedereen. Ik heb echt downtime en alleentijd nodig om op te laden. Om weer productief en creatief te kunnen zijn. Vroeger voelde ik me lullig, saai en schuldig als ik ‘teveel’ niks deed. Zolang ik mijn verantwoordelijkheid neem en me aan afspraken houd, kan ik prima chillen, Netflixen, lezen, wandelen en slapen. En soms allemaal op één dag. Chillen is oké. Sterker nog, het is echt nodig.
5. Niet alles moet nu
Ik heb ontzettend veel ideeën, die ik allemaal opschrijf, maar ik heb losgelaten dat alles nu moet. Ik wil niet alles tegelijk doen, het overzicht verliezen, stress krijgen en vervolgens nergens van genieten en weer een stapje terug moeten doen omdat ik het niet trek. Alles op zijn tijd. Ik doe nu dit. Ik maak plannen voor mijn andere ideeën, maar het hoeft. Niet. Nu. Aan de andere kant ben ik ook wel van het ‘als je iets wil DOE het dan in vredesnaam’, maar ja, ik heb ook maar 24 uur in een dag en ik wil ook slapen, chillen, Netflixen, lezen, wandelen, naar Terschelling, op reis, vrienden en familie zien, de Sims spelen, koken, lekker eten en zo. Dus ja. Ik kan niet al mijn plannen nu uitvoeren. Morgen weer een dag.
6. Liever af dan perfect
Deze is lastig voor mij, maar wel waar: liever af dan perfect. Ik houd ervan als dingen goed lukken en als iets perfect is, maar dat kan niet altijd en dan is het maar liever af. Ik loop niet graag de kantjes er vanaf, ik maak dingen graag goed af, maar ik kan dit steeds beter loslaten. Ik update mijn Instagram en blog liever elke dag met ‘echte’ content dan een uitgedokterde perfecte strategie omdat dat zorgt voor meer volgers en dus meer geld. Dit is wel een grijs gebied natuurlijk. Want ik wil een blog of een product voor een klant of een nieuwe planner het liefst perfect maken. En dan is het soms zaak om ergens wel meer tijd voor te nemen of eisen, omdat het gewoon goed moet.
7. Het mag op mijn manier
Ik weet nu steeds beter: het mag op mijn manier. Ik run mijn eigen bedrijf, ik leef mijn leven, ik mag dat doen op mijn voorwaarden en op de manier hoe ik er gelukkig van word. Natuurlijk houd ik rekening met mijn naasten, met klanten, met mensen waarmee ik samenwerk, maar verder mag het op mijn manier. Ik hoef niet te leven of werken of Instagrammen of bloggen zoals een ander. Of zoals een ander van mij verwacht. Punt uit.
8. Goed plannen
Klinkt als een open deur voor iemand die planners máákt, maar dit helpt me echt. Door goed te plannen bewaar ik het overzicht. Zie ik het op tijd als ik teveel hooi op mijn vork neem. Voel ik aan dat ik onrustig word als ik door mijn planner blader en weet ik dat ik het even anders moet gaan doen. Plan ik rustige momenten en vrije dagen in, reflecteer ik beter op mijn weken en maanden, weet ik beter hoe mijn week er uitziet. En: mijn hoofd is rustiger omdat ik alles in die planner plemp. Goeie slogan: plemp het in je planner! Voorbij zijn je zorgen. 😉
9. Ik mag mezelf zijn
Ik hoef mezelf niet anders voor te doen dan hoe ik ben. Ik mag kwetsbaar zijn. Ik mag eerlijk zijn. Ik mag verdrietig zijn, boos zijn, geïrriteerd zijn, domweg gelukkig zijn en dat allemaal uiten. Ik mag mezelf omarmen en ik hoef niet te zijn zoals anderen, ik hoef niet te leven zoals anderen, ik ben ik. Ik ben mezelf, in het echte leven, in het online leven. Als je dat niet leuk vindt, dan hoef je me niet te volgen. Dit klinkt heel defensief, maar zo bedoel ik het niet. Ik bedoel letterlijk: als je me gewoon niet leuk vindt, dan mag je weggaan en iemand zoeken die je wel leuk vindt. Er zijn zoveel bloggers, zoveel Instagrammers, zoveel mensen die je kan volgen. Volg iemand waar je blij van wordt. Ik ben Cynthia, met al mijn karaktereigenschappen, gewoontes, voorkeuren, met negatieve en positieve kanten. Ik maak er geen mooier plaatje van.
En dan de crux: hoe heb ik dit dan allemaal geleerd? Ik denk dat het allemaal neerkomt op wat meer zelfliefde. Niet dat ik elke dag sta te juichen ‘Oh my God, CYNTHIA, ik houd ZOVEEL van je’ (stel je voor), maar meer dat ik beter voor mezelf zorg en mezelf niet meer ‘straf’. Mentaal, vooral. Ik ben liever voor mezelf. Ik ben milder, zachter, zeg sneller ‘Cynth, het is oké,’ in plaats van ‘Cynth, wat ben je toch een dom, lui wijf, je kan echt helemaal niks en over twee jaar lig je in de goot’. Dat is iets wat stapje voor stapje gaat, ik heb het meer geleerd door de bodypositivity beweging, wat uiteindelijk vooral een mentaal ding is. Ik leer mezelf gewoon wat milder te zijn. Dat lukt niet elke dag, maar wel steeds vaker. En tja, ik heb het ook geleerd door het keer op keer fout te doen. Daar leer je toch het meeste van. Enne, het gaat heus nog weleens fout. Het zal vast nog vaker fout gaan. En ik zal ook vast nog eens wél dat stapje terug moeten doen omdat ik toch teveel hooi op mijn vork neem. Maar nu gaat het goed. En ik weet waarom. Dus. Misschien helpt dat voor de toekomst.