Klik hier voor 30 dagen toegang tot de beste structuur- en focusworkshops voor €10

Cynthia speelt: Machiavelli

Het kan natuurlijk niet anders dan dat ik eerst mijn favorieten behandel in mijn nieuwe rubriek, en dus ga ik van Exploding Kittens door naar Machiavelli. Machiavelli is ook een kaartspel, maar bij dit spel kruip je in de huid van een van de acht karakters en probeer je een stad te bouwen.

Leestijd

Machiavelli

Bij Machiavelli geldt, zoals bij veel andere kaart- en bordspellen, dat je zoveel mogelijk gebouwen moet bouwen die een bepaald aantal punten waard zijn. In elke ronde kruip je in de huid van andere karakters, die bepaalde ’talenten’ en eigenschappen heeft die je mag gebruiken in die ronde. De hele kunst is dat je niet weet welke karakters je tegenspeler(s) hebben en dat je moet proberen in te schatten welke dat zijn, zodat je daar met jouw karakter op in kan spelen. Als je bijvoorbeeld denkt dat je tegenstander de Condottiere speelt (die een gebouw van jou kapot kan maken), kan jij de Prediker kiezen, die je steden beschermt tegen de Condottiere.

In elke beurt bouw je – als je genoeg munten hebt – gebouwen, waar je punten voor krijgt. Uiteindelijk wint de speler met (vanzelfsprekend) de meeste punten.

Hoe speel je het?

Een mogelijke stad

Het hele doel van Machiavelli een stad bouwen met acht zo ‘duur’ mogelijke gebouwen. Dit doe je met de kaarten die je in je hand hebt en met munten die je verdient bij elke beurt. Aan het begin van het spel krijg je twee munten en vier kaarten met gebouwen. Vervolgens gaan de spelers de karakters kiezen. Afhankelijk van het aantal spelers (2 tot 7) worden karakters apart gelegd. Als je met twee spelers speelt, wordt één karakter door de eerste speler gedekt afgelegd, daarna gaan de spelers karakters kiezen. Elke speler heeft dus twee karakters.

 

Vervolgens begint de ronde. De oudste speler krijgt het houten kroontje en dat betekent dat deze de koning is, dus deze speler mag de karakters opnoemen. Als je je karakter hoort, moet je je beurt beginnen. Zo’n beurt gaat als volgt:

  • je pakt twee munten óf je neemt twee gebouwenkaarten waarvan je er een aan de onderkant van de stapel legt.
  • je bouwt een gebouw door een gebouwenkaart neer te leggen en daar de benodigde munten voor te betalen. Je mag maar één gebouw per beurt bouwen. Je mag alleen maar gebouwen bouwen als je de Bouwmeester bent.
  • Als laatste ga je met je karakter aan de slag. Stel, je bent de Condottiere, dan mag je een gebouw van je tegenspeler kapot maken. Als je de Bouwmeester bent, mag je nog een gebouw neerleggen, et cetera.

De volgorde van deze handelingen maakt niet uit. Als geen speler het genoemde karakter is, wordt het volgende karakter opgenoemd.

Wij spelen dit spel vaak met zijn tweeën of drieën en dan ben je per ronde altijd twee karakters. Vanaf vier spelers speelt iedereen met één karakter. Als je het met zijn tweetjes speelt, duurt een potje ongeveer twintig minuten tot een halfuur, met zijn drieeën al snel tien minuten tot een kwartier langer.

Het leuke van Machiavelli is dat het een mix is van geluk en tactiek. De keuze van het karakter bepaalt voor een heel groot deel hoe het spel verloopt, en dus ook hoeveel succes je hebt. De koning mag als eerste een karakter kiezen en daardoor heeft die speler de grootste keuze, waardoor hij ook strategischer kan kiezen. De speler die als laatst een karakter kiest, heeft over het algemeen de slechtste keuzes: karakters met minder interessante eigenschappen. Je kiest je karakter deels op basis van de gebouwen die je al hebt (zo is het handig om de Condottiere te kiezen als je veel rode gebouwen hebt, want je krijgt dan extra munten), om andere spelers dwars te zitten (met de Condottiere, Moordenaar of Dief) of juist om je stad te beschermen of op te bouwen.

Soms kan je goed inschatten welke karakters je tegenspeler(s) kiest, maar dat lukt niet altijd. Als je hier behendig in wordt (of als je je tegenspeler gewoon goed kent en op basis daarvan kan raden wat hij kiest), kan je daar goed op inspelen met de keuze van je karakter.

Naast gebouwen kan je ook dit soort ‘actiekaarten’ uit de stapel trekken.

De karakters

Er zijn acht karakters die je kan zijn in Machiavelli. Dit zijn ze:

  1. Moordenaar: noemt een karakter om te vermoorden. Wanneer (een van de) tegenspeler(s) dit karakter heeft gekozen, mag die deze beurt niet uitvoeren.
  2. Dief: noemt een karakter om van te spelen. Als die speler wordt opgenoemd moet die al zijn geld aan de dief geven. De dief kan niet stelen van de moordenaar of van degene die vermoord is.
  3. Magiër: mag zijn hele hand óf een aantal kaarten wisselen met een andere speler, of mag zijn kaarten onderop de stapel leggen en evenveel kaarten van de stapel pakken.
  4. Koning: als de koning wordt genoemd krijgt die speler het houten kroontje en noemt de resterende karakters op. De koning krijgt 1 munt voor elk geel gebouw in zijn stad.
  5. Prediker: is beschermd tegen de Condottiere en krijgt 1 munt voor elk blauw gebouw in zijn stad.
  6. Koopman: krijgt 1 goud extra aan het begin van zijn beurt en krijgt ook 1 goud voor elk groen gebouw in zijn stad.
  7. Bouwmeester: mag twee kaarten van de stapel pakken en mag drie in plaats van een gebouw bouwen.
  8. Condottiere: mag een gebouw van een andere speler (behalve de Prediker) vernieten door een goud minder te betalen dan dat gebouw gekost heeft. Deze kaart wordt onderop de stapel gelegd. Krijgt 1 goud voor elk rood gebouw in zijn stad.

 

Einde van het spel

Het spel is voorbij zodra een van de spelers acht gebouwen heeft neergelegd. De ronde wordt afgemaakt en daarna worden de punten van alle spelers geteld. Je telt het aantal munten dat op de gebouwenkaarten staat. Je krijgt extra punten als je als eerste acht gebouwen had (4 punten), als je gebouwen in alle vijf de kleuren hebt (3 punten) en degene die na het afmaken van de laatste ronde alsnog acht gebouwen heeft (2 punten). Overgebleven goudstukken leveren geen punten op. Het kan dus prima zijn dat je alsnog wint als je niet de eerste was die acht gebouwen neerlegt.

Machiavelli conclusie

Machiavelli spelen wij vaak en graag, omdat het zo’n afwisselend spel is waar je nog best wat tactiek bij moet gebruiken. Het is erg leuk om elke beurt een ander karakter te spelen. Je hebt een beetje geluk nodig, maar je behaalt de overwinning vooral door slim te spelen, goed op te letten wat je tegenspeler(s) doen/doet en te zorgen dat je zoveel mogelijk punten scoort. Ook vind ik het prettig dat de potjes niet té lang duren: met zijn tweeën of drieën ben je 25 tot 45 minuten bezig. Met hoe meer mensen je Machiavelli speelt, hoe langer het duurt. Duurt het je te lang, dan kan je ook altijd nog beslissen dat het spel afgelopen is wanneer iemand zijn zevende (of zesde) gebouw heeft neergelegd.

Het standaard Machiavelli spel kost €13,59. Er is ook een uitbreiding, De Donkere Landen (€12,95), maar er is ook een Machiavelli Deluxe variant waar twee uitbreidingen bij zitten voor €17,99. Zelf heb ik het standaard Machiavelli spel, maar als ik hem nu zou kopen zou ik denk ik voor de Deluxe variant gaan, dan heb je meteen de uitbreidingen erbij voor een veel betere prijs.

Heb je weleens Machiavelli gespeeld? Wat is jouw favoriete kaartspel of spel voor twee personen?

Deze blogpost bevat een affiliate link. Als je via deze link het spel koopt, krijg ik daar een kleine vergoeding voor. Dat heeft geen invloed op mijn mening.

Cynthia Schultz

Ik ben Cynthia Schultz en Cynthia.nl is mijn blog! Ik ben gek op eten, reizen, beauty, interieur, lezen, gadgets en daar blog ik over. Lees hier meer over mij.